Pedagogisch klimaat

Om leerlingen te laten leren, is een positief pedagogisch klimaat belangrijk. In een omgeving waarin leerlingen zich veilig en geaccepteerd voelen, ontstaat er ruimte voor persoonlijke groei en ontwikkeling.

 

Het pedagogisch klimaat omvat alle omgevingsfactoren die bijdragen aan het welzijn van de leerling. Hierbij gaat het om factoren die al aanwezig zijn, maar ook om factoren die een leraar weloverwogen creëert. Te denken valt aan orde, regelmaat, communicatie, sfeer en inrichting van de ruimte.

 

Het pedagogisch klimaat is van groot belang voor de ontwikkeling van een leerling, vooral op het gebied van de sociaal-emotionele ontwikkeling. De leraar is degene die het meest invloed heeft op het pedagogisch klimaat in de klas. De pedagogische relatie is hierbij een belangrijk kernbegrip.


Op onze school streven we ernaar om een omgeving te creëren waarin uw kind niet alleen kennis opdoet, maar ook groeit als persoon. Samen zorgen we voor een fijne en stimulerende leeromgeving waar uw kind elke dag met plezier naartoe gaat.

 

Onze pedagogische visie

  • Onze wens is een samenleving waarin leren, leven en werken zijn geïntegreerd. Onze school is een plek waar kinderen, medewerkers en ouders (leren) samenleven, (leren) leren en (leren) werken. 
  • We bereiden kinderen voor op burgerschap (samen leren leven) en op een autonome deelname aan deze samenleving: zelfstandig en verantwoordelijk voor zichzelf, de ander en het andere. 
  • We stimuleren kinderen in een actieve deelname aan de samenleving. Dit vanuit de visie dat deelnemen en blijven deelnemen aan de samenleving alleen kan als mensen – afhankelijk van de behoeften van zichzelf en hun omgeving – hun leven lang willen, kunnen en mogen leren.
  • We onderscheiden pedagogisch en didactisch handelen, alhoewel beide facetten van ons werk feitelijk onscheidbaar zijn. Van belang daarbij is: oog hebben voor het individuele kind en zijn onderwijsbehoeften, een open houding, wederzijds respect en een goede relatie waarin het kind zich gekend weet.

 

Onze pedagogische uitgangspunten

  • Opvoeden doen we samen met ouders, met elkaar als professionals, en in samenwerking met andere organisaties. Want het is voor ieder kind fijn als volwassenen goed samenwerken met elkaar. Samen leren we kinderen om in de wereld te staan, er onderdeel van te zijn. Met respect voor zichzelf en voor anderen.
  • Onze pedagogische uitgangspunten zijn in lijn met de waarden die we met elkaar delen (de kernwaarden zijn opgenomen).
  • pedagogische tact en geborgenheid 
  • iedereen is uniek en waardevol  
  • zelfstandigheid met eigenaarschap en eigen verantwoordelijkheid 
  • kritisch denken, mogen ontdekken en onderzoeken, waarbij fouten maken mag  
  • reflecterend vermogen ontwikkelen en samenwerken  
  • We zijn gericht op de ontwikkeling van deze uitgangspunten met als doel onze leerlingen nog beter te laten groeien in hun ontwikkeling.

 

SWPBS Schoolwide Positive Behavior Support

Schoolwide Positive Behavior Support, of zoals wij het in het kort noemen: PBS, staat centraal bij ons pedagogisch handelen. PBS is een aanpak die we op onze school gebruiken om ervoor te zorgen dat kinderen zich prettig en veilig voelen en goed kunnen leren. Het is een methodiek waarmee we positief gedrag van kinderen stimuleren en probleemgedrag verminderen. We leren de kinderen wat goed gedrag is, belonen ze als ze dit gedrag laten zien en zorgen voor een prettige en veilige omgeving waar elk kind zich kan ontwikkelen.


Hoe werkt SWPBS?

  1. Gezamenlijke afspraken
    • Wij zijn begonnen in 2013-2014 met PBS. Het team is gestart met gezamenlijk afspraken te maken over de uitvoering van PBS en we hebben samen gedragslesjes gemaakt.  Dit om ervoor te zorgen dat het hele team, dus ook ondersteunend personeel en directie, achter de afspraken staat en hetzelfde handelt. 
  2. Duidelijke Gedragsverwachtingen
    • We maken afspraken over wat goed gedrag is, bijvoorbeeld netjes in de rij staan of elkaar helpen.
    • Deze afspraken hangen we op in de klas en in de school, zodat alle kinderen weten wat er van hen verwacht wordt.
    • Leerkrachten spreken ook duidelijk uit welk gedrag ze van kinderen verwachten. 
  3. Belonen van Goed Gedrag
    • We belonen kinderen als ze zich aan de gedragsverwachtingen houden. Dit doen we niet altijd, want de beloning moet altijd een verrassing blijven. Kinderen kunnen kaartjes krijgen voor een groepsbeloning. Omdat ze samen sparen voor deze beloning, zorgt dit voor een positief groepsgevoel. Bij de beloningen kunt u denken aan een keer een kwartiertje extra naar buiten of een gezelschapsspel spelen. De beloning moet in korte tijd haalbaar zijn. We streven ernaar dat iedere groep iedere maand een groepsbeloning haalt. 
    • Door goed gedrag te belonen, voelen kinderen zich trots en gemotiveerd om zich goed te blijven gedragen.
  4. Wat als leerlingen zich niet aan de afspraken houden?
    • We hebben afspraken gemaakt over op welke manier we kinderen aanspreken.
    • Ieder kind houdt zich weleens niet aan een gedragsafspraak. Kinderen krijgen de kans om hun gedrag te verbeteren en krijgen niet direct straf. Uiteraard zijn er ook uitzonderingen, bijvoorbeeld als een kind geweld gebruikt of bij vandalisme. Dan volgt er wel direct een consequentie. 
    • Als kinderen zich vaker niet aan de afspraken houden, hebben we time-inn: de stip. De leerling zit dan 5 minuten op ‘de stip’ om over zijn/haar gedrag na te denken. Daarna mag hij/zij weer meedraaien met de klas.
    • Als de leerling zich vervolgens weer niet houdt aan de afspraken, dan gaat de leerling 10 minuten naar de stip in een andere klas. De zogenaamde time-out. Daarna mag de leerling weer terug naar de klas. In dit geval worden ouders altijd op de hoogte gebracht. 
    • Als de leerling zich weer niet houdt aan de afspraken, dan mag de leerling een halve dag niet meer meedoen met de eigen klas. Hij/zij zal in een andere klas werken. Uiteraard wordt u hiervan op de hoogte gebracht. 
  5. Hulp en Ondersteuning
    • Voor kinderen die wat extra hulp nodig hebben om zich goed te gedragen, bieden we ondersteuning. Dit kan bijvoorbeeld in kleine groepjes of individueel. Dit gaat in overleg met onze gedragsspecialist. 
    • Als een kind meer ondersteuning nodig heeft, kunnen we samen kijken welke intensieve begeleiding uw kind nodig heeft. Hiervoor werken we samen met onze schoolmaatschappelijk werker, de adviseur passend onderwijs, de jeugdconsulent van het Centrum van Jeugd en Gezin (CJG) en de jeugdverpleegkundige van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het doel is dat ieder kind zich prettig voelt op onze school.
    • We hebben een chill-out-plek in de school. Kinderen kunnen hier even alleen zitten om bijvoorbeeld te ontprikkelen of om even af te koelen als ze boos zijn. Dit is geen straf! Het is goed als kinderen leren om hun emoties te herkennen en zelf keuzes leren maken. 
  6. Samenwerken met Ouders
    • We vinden het belangrijk om samen te werken met ouders om positief gedrag te stimuleren. We houden u op de hoogte van het gedrag en de voortgang van uw kind.
    • Wij gaan graag met u in overleg om samen te kijken hoe we uw kind het beste kunnen ondersteunen. 
  7. Gebruik van Gegevens
    • We houden bij hoe het gedrag van de kinderen zich ontwikkelt. Deze gegevens gebruiken we om te kijken wat goed gaat en waar we nog kunnen verbeteren.
    • Zo zorgen we ervoor dat alle kinderen de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben.

 

Hoe kunt u als ouder helpen?

  • Praat met uw kind: bespreek thuis wat de gedragsverwachtingen op school zijn en waarom deze belangrijk zijn.
  • Geef complimenten: beloon ook thuis goed gedrag van uw kind met een compliment of een kleine beloning.
  • Samenwerken met de school: deel uw ideeën en ervaringen met ons, zodat we samen kunnen zorgen voor een fijne schooltijd voor uw kind.

 

We geloven dat PBS helpt om van onze school een plek te maken waar kinderen graag zijn en zich optimaal kunnen ontwikkelen. Heeft u vragen of wilt u meer weten? Neem gerust contact op met de leerkracht van uw kind of met onze gedragsspecialist/PBS-coördinator Jolanda Mecksenaar. 

 

Bij de downloads kunt u ons PBS-protocol vinden. 


PBS is wetenschappelijk onderbouwd  en is opgenomen in de Databank Effectieve Jeugdinterventies. Lees hier het onderzoek naar de effecten van SWPBS.

 

De Gouden, Zilveren en Bronzen Weken: Een Sterke Start en Goede Opbouw

 

We werken met de gouden, zilveren en bronzen weken, drie belangrijke fases in het schooljaar die helpen om een positief klimaat te creëren en te behouden.

 

Gouden Weken

De eerste weken van het schooljaar noemen we de ‘gouden weken’. Dit is de tijd waarin de basis wordt gelegd voor een goede sfeer in de klas. In deze periode leren de kinderen elkaar (opnieuw) kennen en werken we aan het groepsgevoel. We besteden extra aandacht aan samenwerking, respect en duidelijke afspraken. Het doel is dat elk kind zich veilig en welkom voelt, zodat ze het hele schooljaar prettig kunnen leren en spelen.

 

Zilveren Weken

Na de kerstvakantie beginnen de ‘zilveren weken’. Dit is een moment om de sfeer in de klas opnieuw te versterken. De kinderen komen na een lange vakantie terug, en we vinden het belangrijk om dan weer even stil te staan bij hoe we met elkaar omgaan. We herhalen belangrijke afspraken en besteden opnieuw aandacht aan samenwerking en respect.

 

Bronzen Weken

Aan het eind van het schooljaar volgen de ‘bronzen weken’. In deze weken bereiden we ons voor op een mooie afsluiting van het schooljaar. We kijken terug op wat er allemaal is geleerd en beleefd. Ook in deze periode blijven we werken aan een positieve sfeer, zodat we het schooljaar goed en gezellig kunnen afronden.

 

Door het jaar heen zorgen de gouden, zilveren en bronzen weken ervoor dat de kinderen zich fijn voelen in de klas en het beste uit zichzelf kunnen halen!

 

Pestpreventieplan

Ondanks dat we preventief werken met PBS, kan het helaas toch voorkomen dat kinderen pesten. Pesten is een wezenlijk probleem wat zeer schadelijk kan zijn voor het individu en het gevoel van veiligheid voor de hele groep. Dit geldt zowel voor de slachtoffers als voor de pesters. Dit probleem vereist een gezamenlijke aanpak van leerkrachten, ouders én leerlingen.

 

Elke school heeft een pestpreventiecoördinator. Op onze school is dit Jolanda Mecksenaar. Haar taak is: het bewustmaken en het bewust houden van het probleem bij alle betrokkenen; het gericht voorlichten van alle betrokkenen en het organiseren van activiteiten ter verbetering van het groeps- en schoolklimaat (preventieve aanpak). 

 

Wanneer er toch gepest wordt, betekent dit dat de school: 

  • steun biedt aan de gepeste leerling
  • steun biedt aan de pester 
  • waar mogelijk de zwijgende middengroep betrekt bij het oplossen van het pestprobleem
  • steun biedt aan de leerkracht
  • steun biedt aan de ouders. 

 

In schooljaar 2024-2025 wordt ons pestpreventieplan geëvalueerd en aangepast waar nodig. 

 

Contactpersoon veilige school

Op school is Lisanne de Rijk de contactpersoon veilige school. Zij is aanspreekpunt en eerste opvang voor ouders en leerlingen die met zaken zoals pesten, discriminatie, seksuele intimidatie of machtsmisbruik geconfronteerd worden. De contactpersoon verwijst ouders en/of leerlingen naar de juiste instanties. Daarnaast heeft zij ook tot taak het geven van informatie over de te volgen procedure bij een klacht. De contactpersoon gaat altijd vertrouwelijk om met de verkregen informatie van ouders en kinderen.

 

Monitor sociale veiligheid

De monitor sociale veiligheid is een jaarlijks onderzoek dat de veiligheid en het welzijn van leerlingen in kaart brengt. Sinds enige tijd is dit onderzoek wettelijk verplicht voor alle basisscholen. Lees hierover meer op de website van de onderwijsinspectie. 

 

Wij nemen de monitor sociale veiligheid af in groep 5 t/m 8. Dit doen we door een vragenlijst door de kinderen in te laten vullen in het Cito-programma ‘Leerling In Beeld’. Dit doen de kinderen anoniem. De vragen gaan over hun gevoel van veiligheid, hun relaties met klasgenoten en leerkrachten en hun ervaringen met pesten of ander ongewenst gedrag. De resultaten van de monitor geven ons een helder beeld van hoe leerlingen de veiligheid en sfeer op school ervaren. Op basis hiervan kunnen we specifieke maatregelen nemen om de sociale veiligheid te verbeteren. De uitslag wordt ook gecommuniceerd met de Onderwijs Inspectie.

 

Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld

Onze school is wettelijk verplicht om te werken met de Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld. Dit is een gestructureerd stappenplan om te zorgen voor de veiligheid en het welzijn van onze leerlingen.

 

Wat betekent dit voor u?

  • Zorg en veiligheid: de meldcode helpt ons om signalen van onveilige situaties in de privésituatie vroegtijdig te herkennen en tijdig de juiste hulp in te schakelen. Ons gezamenlijke doel is altijd de veiligheid van uw kind.
  • Onze werkwijze: als er zorgen zijn, zal de leerkracht dit als eerste met u bespreken om samen naar oplossingen te zoeken. Een melding bij Veilig Thuis is een laatste stap en is gelukkig niet vaak nodig.
  • Aandachtsfunctionarissen: wij hebben twee opgeleide medewerkers die gespecialiseerd zijn in de meldcode en het proces begeleiden: Lisanne de Rijk en Edith Danker.
  • Vertrouwelijkheid: wij delen geen persoonlijke informatie zonder uw toestemming, tenzij er sprake is van een acute of structureel onveilige situatie (wettelijke meldplicht).

 

Heeft u vragen of zorgen?

U kunt altijd terecht bij de leerkracht, de directie of een van onze aandachtsfunctionarissen.

 

  • Advies of Hulp (Anoniem mogelijk): bel Veilig Thuis via het gratis nummer 0800 - 2000.
  • Directe Crisis: bel 112.

 

Klik hier voor meer informatie over Veilig Thuis